Beoordelingsmethode referentiesituatie en hoekpunten
Beoordeling referentiesituatie
De referentiesituatie bestaat uit trends en ontwikkelingen (zie Hoofdstuk 6) en de doorwerking van het huidige beleid (hoekpunt Voortbouwen). Aan de hand van recente bronnen is de huidige staat van de leefomgeving (huidige situatie) en referentiesituatie (2030 en 2050) van elke indicator in beeld gebracht. Zowel de huidige situatie als de referentiesituatie zijn vooral kwalitatief beschreven en gewaardeerd met een score. Dit is gedaan op basis van gebruikte literatuur en expert judgement. Deze scores zijn samengevat in een cirkeldiagram (zie onderstaande figuur). In het PlanMER worden de effecten van de hoekpunten Normeren, Concentreren en Verdelen vergeleken met deze referentiesituatie.
Beoordeling hoekpunten
Per hoekpunt is aangegeven welke maatregelen onderdeel zijn van de strategie (zie hoofdstuk 2 onderdeel ‘van opgaven naar hoekpunten’). Op basis van deze selectie van maatregelen is per indicator gekeken welk effecten kunnen worden verwacht. Dit is gebaseerd op literatuur en expert judgement. Effecten zijn kwalitatief gewaardeerd op basis van een vijfpuntsschaal (zie Tabel 5.1).
Voor de waardering van de effecten wordt de volgende redenering gevolgd:
-
De verwachting dat de maatregelen - als onderdeel van de hoekpunten - kunnen leiden tot concrete effecten; de maatregelen zijn zodanig concreet dat het aannemelijk is dat een besluit nu al kan leiden tot ingrepen met mogelijke effecten.
-
De verwachting dat de maatregelen - als onderdeel van de hoekpunten - kunnen leiden tot kansen en/of risico’s die bij vervolgbesluiten dienen te worden overwogen. Deze vervolgbesluiten komen voort uit de Luchtvaartnota en zouden kunnen leiden tot ingrepen met mogelijke effecten. Op het moment van schrijven is onzeker in welke mate effecten zich op termijn kunnen gaan voordoen (mede o.b.v. de inzet van instrumentarium en de rol van het Rijk bij vervolgbesluiten).
Ten behoeve van de effectbeschrijving in het PlanMER wordt per maatregelpakket voor alle criteria uit het Rad van de Leefomgeving een inschatting gemaakt van de te verwachten effecten, kansen en risico’s. De effecten zijn kwalitatief en waar mogelijk kwantitatief uitgewerkt, maar beide volgen dezelfde methode voor de waardering van de score. Voor de waardering van effecten is de volgende vijfpuntsschaal gehanteerd.
Tabel 5.1 Scoring huidige situatie en referentie en schaal voor de waardering van effecten t.o.v. de referentiesituatie
De interactieve content hieronder is mogelijk niet toegankelijk.
De waardering vindt plaats op het niveau van de indicatoren uit het Rad. Indien sprake is van aannemelijke effecten, positief (• groene stip) of negatief (• rode stip), ten opzichte van de referentiesituatie, dan wordt in een toelichting aangegeven wat de omvang is van het uiteindelijk verwachte effect en welke maatregelen daaraan hebben bijgedragen. De maatregelen uit het pakket moeten dusdanig concreet zijn dat deze te beoordelen/toetsen zijn op (mogelijke) concrete effecten.
Kansen en risico’s worden als bandbreedte weergegeven, als kans (↑) of als risico (↓), ten opzichte van de referentiesituatie. Per indicator kunnen zich zowel kansen als risico’s voordoen. Meerdere pijlen per indicator behoort dan ook tot de mogelijkheid. In de beschrijving van de kans dan wel het risico, wordt aangegeven over hoeveel en over welke kansen c.q. risico’s het gaat. Als er geen sprake is van een effect, een kans of een risico, dan wordt een witte stip weergegeven; bij geen effect blijft de referentiesituatie immers ongewijzigd.
De tekstuele beschrijving van de effecten gebeurt op een heldere en navolgbare manier, waardoor de lezer mee wordt genomen in de uiteindelijke effectbeoordeling. Het resultaat is een ingevuld overzichtstabel van de effecten op de indicator(en) van elk aspect (zie tabel 3.2).
Aansluitend op het strategische karakter van de Luchtvaartnota kunnen effecten vaak alleen globaal en veelal op basis van expert judgement in beeld worden gebracht. Er bestaat onzekerheid over de wijze waarop het beleid uiteindelijk wordt uitgevoerd én onzekerheid over de implicaties die het beleid op lange termijn dan zal hebben voor de fysieke leefomgeving. Het is daarom van belang om eventuele effecten, kansen, risico’s en maatregelen systematisch en zo navolgbaar mogelijk vast te leggen in het PlanMER.
In het PlanMER ligt de nadruk bij de beoordeling van de Hoekpunten op de set van maatregelen die onderdeel zijn van de Hoekpunten. In de toelichting wordt daar waar relevant ingezoomd op de meest in het oog springende effecten voor specifieke maatregelen. Deze beschouwing op hoofdlijnen is gebaseerd op een achterliggend databestand waarin de afzonderlijke maatregelen zijn beoordeeld. De beoordeling is uitgevoerd op basis van expert judgement in een aantal reflectiesessies met experts van NLR, BCI en RHDHV.