Ontwikkelmogelijkheden voor toekomstige functies
Door aanwezigheid van ruimtelijke beperkingen in de aangewezen gebieden rondom Nederlandse luchthavens, zijn de ontwikkelmogelijkheden voor toekomstige functies beperkt. Binnen deze indicator is onderscheid gemaakt tussen drie toekomstige functies:
-
Geluidsgevoelige objecten (waaronder woningbouw);
-
(Beperkt) kwetsbare objecten;
-
Hoogbouw.
Deze ruimtelijke beperkingen zijn het gevolg van geluidscontouren (geluidsgevoelige objecten, waaronder woningbouw), externe veiligheidscontouren (kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten) en obstakelbeheers- en toetsvlakken (hoogbouw en windturbines). Hierdoor kunnen op deze locaties geen of beperkt hoogbouw, woningen of andere geluidgevoelige of kwetsbare objecten worden gebouwd.
Om in de toekomst levensvatbaar te blijven, moet ook de jongere bevolking een huis kunnen vinden en moeten scholen, kinderopvang en andere maatschappelijke voorzieningen een goede plek kunnen krijgen. Door beperkingen op de herontwikkelingsmogelijkheden van bijvoorbeeld kassen (in Rijsenhout, nabij Schiphol[1]), staat de ruimtelijke kwaliteit en leefbaarheid onder druk. Er is vraag naar woningbouw, maar deze kan door de ruimtelijke beperkingen die luchthavens opleggen niet gerealiseerd worden.
Geluidgevoelige objecten rondom Schiphol
Het Luchthavenindelingsbesluit (LIB) en Besluit Burgerluchthavens en het besluit Militaire luchthavens bevatten normen gerelateerd aan ‘contouren’ voor geluid en externe veiligheid. Binnen de contouren worden beperkingen gesteld aan ruimtelijke ontwikkelingen, waaronder woningbouw[2].
Voor Schiphol gelden vijf LIB-gebieden, welke elk eigen voorwaarde voor woningbouw hebben:
-
LIB-1 en LIB-2: sloopzones, vanwege externe veiligheid (LIB-1) en geluid (LIB 2), hier mogen geen nieuwe objecten/woningen bij komen[3]. Wanneer bewoners vertrekken worden deze woningen gesloopt.
-
LIB-3: beperkingengebieden voor kwetsbare objecten (waar veel mensen aanwezig zijn). Geen nieuwe gebouwen toegestaan, uitgezonderd kleine kantoor- of bedrijfsgebouwen met minder dan 22 werknemers per hectare.
-
LIB-4: geluidgevoelige objecten. De provincie en gemeenten besluiten zelf tot een ontheffing voor het bouwen binnen het beperkingengebied. Er mag alleen gebouwd worden binnen bestaand stedelijk gebied en het mogen niet meer dan 25 woningen per bouwplan zijn.
-
LIB-5: afwegingsgebieden (voormalige 20Ke contour). Alleen bouwen als er afwegingen aan ten
grondslag liggen die rekening houden met geluid en externe veiligheid.
Voor Schiphol resulteert dit in LIB-gebieden 1 t/m 5 op Figuur 6.20. De beperkingengebieden voor geluid liggen in de regio Schiphol in zeer verstedelijkt gebied met een grote druk op de ruimte.
De woningbouwplannen buiten bestaand stedelijk gebied worden beperkt door de (geluids)contouren van Schiphol. Door de ontheffingsregeling van het LIB uit 2018 worden er de komende jaren ongeveer 6.000 nieuwe woningen in het LIB-4 gebied gebouwd en bijna 28.000 nieuwe woningen binnen het 20 Ke-contour gebied[4]. Dit is een klein aandeel van de benodigde woningvoorraad in de Metropoolregio Amsterdam. Een gebrek aan woningbouw (en voorzieningen) kan ertoe leiden dat de ruimtelijke kwaliteit onder druk staat, ‘verrommeling’ ontstaat en mensen wegtrekken, voornamelijk in de kleinere dorpen rondom Schiphol (Abbenes, Rijsenhout, Zwanenburg, Vijfhuizen). De totale bruto plancapaciteit (harde en zachte plancapaciteit) staat op 297.000 woningen en zou nagenoeg voldoende moeten zijn om tot 2040 aan de woningvraag te kunnen voldoen. Mits de zachte plancapaciteit omgezet kan worden in harde plancapaciteit.
Geluidgevoelige objecten bij regionale luchthavens
Ook regionale burgerluchthavens hebben geluidscontouren vastgelegd in luchthavenbesluiten of omzettingsregelingen in de vorm van handhavingspunten met grenswaarden bij de baankoppen en op of nabij de 56 dB(A) Lden-geluidscontour in de bebouwde omgeving (zie Figuur 6.21). Ook binnen deze geluidscontouren gelden ruimtelijke beperkingen:
-
70 Lden-contour: geen ligging van woningen
-
56 Lden-contour: nieuwbouw van woningen niet toegestaan behoudens nader omschreven uitzonderingen
-
48 Lden-contour: geen ruimtelijke beperkingen, maar moet het bevoegd gezag de ruimtelijke ontwikkeling afwegen in relatie tot het gebruik van de luchthaven[5].
Voor Rotterdam, Eindhoven en Maastricht rt ligt de geluidscontour nabij verstedelijkt gebied. Voor Lelystad en Groningen is dit niet of minder van toepassing. Grootschalige nieuwbouw van woningen en andere geluidgevoelige objecten zijn binnen deze geluidscontouren van de omgeving Rotterdam en Eindhoven (en in minder mate Maastricht) beperkt door de aanwezigheid van de luchthaven. Tevens zijn ook Rotterdam en Eindhoven de gebieden waar een grote behoefte bestaat aan woningen en de plancapaciteit achterblijft[6].
Kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten rondom Schiphol
Figuur 6.20 schetst voor Schiphol de huidige situatie voor beperkingengebieden voor (beperkt) kwetsbare objecten. Deze beperkingengebieden liggen vooral in het verlengde van start- en landingsbanen. Hierbij geldt LIB-3 als beperkingengebied en LIB-5 als afwegingsgebied.
Kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten rondom regionale luchthavens
Ook voor regionale luchthavens gelden contouren voor externe veiligheid (zie Figuur 6.22). Deze leggen ook ruimtelijke beperkingen op voor (beperkt) kwetsbare objecten:
-
10-5-contouren: binnen deze contouren dienen woningen, niet zijnde bedrijfswoningen, en kwetsbare gebouwen aan hun bestemming te worden onttrokken;
-
10-6-contouren: nieuwbouw van een gebouw, niet zijnde een bedrijfswoning, is niet toegestaan[7].
De risicocontouren liggen voornamelijk in het verlengde van de banen van de luchthaven. Bij Rotterdam en Maastricht gaan de EV-contouren over enkele woonkernen heen, bij de andere luchthavens is dat niet het geval. Voor de omgeving Rotterdam en de omgeving Maastricht zijn ontwikkelmogelijkheden voor toekomstige functies binnen deze contouren beperkt.
Onderstaande ‘hittekaart’ geeft weer waar de spanning op de woningmarkt het grootst is (in relatie tot prijzen, aanbod en huishoudensprognoses). Dit zijn de gemeenten in de Randstad zoals Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en Den Haag inclusief buurgemeenten. Dit geldt echter ook voor Groningen en Eindhoven. De druk op Rotterdam is ten opzichte van 2018 in 2019 verder opgelopen.
De huidige ruimtelijke beperkingen hebben de meeste invloed op de regio’s met ‘hoogste’ (‘warmste’) score; achtereenvolgens: Amsterdam, Rotterdam, Eindhoven, Groningen, Lelystad en Maastricht. Hoe hoger de score, hoe hoger de woningbehoefte en noodzaak aan plancapaciteit. Het is hierbij aannemelijk dat op deze locaties een grotere druk op de ruimte bestaat en ruimtelijke beperkingen een negatief effect hebben op de ontwikkelmogelijkheden.
Hoogbouw
Voor alle luchthavens gelden regels ten aanzien van bouwhoogtes, in de zogenoemde ‘obstakelbeheersgebieden’. Voor windenergieprojecten en hoogbouwprojecten vormen deze regels een ruimtelijke beperking.
Schiphol
In gebieden rondom Schiphol gelden algemene bouwhoogtebeperkingen voor alle soorten gebouwen en bouwwerken en wordt getoetst op verstoring van onder andere navigatie- en communicatieapparatuur.
Behalve de baantroggen voor het vliegverkeer, zijn hindernis beperkende vlakken ingesteld om het luchtruim rond de luchthaven vrij te houden van obstakels. Deze vlakken geven de beperkingen aan voor de hoogte van hindernissen zoals bouwwerken, kranen, reclamemasten, reclameballons en dergelijke[8].
De gebieden met hoogtebeperkingen worden in bestemmingsplannen (cq. Omgevingsplannen) opgenomen. Voor Schiphol geldt bijvoorbeeld een ‘Inner Horizontal’: een horizontaal obstakelvlak in een straal van 4 km rondom de banen op een hoogte van 45 meter. Hierin worden nieuwe objecten of de verhoging van bestaande objecten niet toegestaan. De ‘Outer Horizontal’ omvat een toetsvlak op een hoogte van 150 m tot 15 kilometer vanaf de start- en landingsbanen.
De hoogtebeperking voor het zes-banenstelsel van Schiphol maakt de bouw van kantoortorens hoger dan 45 à 100 m onmogelijk in een gebied van 20 bij 20 km. Dit geldt bijvoorbeeld voor het gebied rond de Zuidas en het industriegebied van Amsterdam. Daarnaast geldt dus voor een veel groter gebied (15 km) een maximale bouwhoogte van 150 meter (Amstelstation, Duivendrecht, CS).
Om de veiligheid te borgen, bestaat in vrijwel geheel Nederland een toetsingsplicht voor (de meeste) nieuwe windenergieprojecten, en binnen 15 kilometer van de radarposten ook voor hoogbouw. In de rest van Nederland moeten in beginsel objecten op 1000 voet en hoger door radar waargenomen kunnen worden en gelden geen algemene bouwhoogtebeperkingen[9].
Regionale luchthavens
Voor Eindhoven Airport en Lelystad Airport is de obstakelhoogte en obstakelvrije zone gespecificeerd (zie Tabel 6.4).
Tabel 6.4 Obstakelhoogte en obstakelvrije zone van Eindhoven Airport en Lelystad Airport
Eindhoven Airport | Lelystad Airport | |
Obstakelhoogte bij vliegfunnel | 20 tot 170 meter | 0 tot 45 meter |
Obstakelvrije zone | 45 meter hoog in een straal van 4km rondom landingsbaan (‘Inner Horizontal’) | 45 meter hoog in een straal van 4km rondom landingsbaan (‘Inner Horizontal’) |
Trends en ontwikkelingen
In 2030 zullen technologische ontwikkelen nog niet veel effect gaan hebben op de ontwikkelmogelijkheden voor toekomstige functies. Van 2030 tot 2050 wordt daar veel meer van verwacht. Met name elektrisch vliegen en het veiliger worden van vliegtuigen kan een zeer gunstig effect hebben op gebieden die nu beperkt worden vanuit geluid en veiligheid.
- 1 Gemeente Haarlemmermeer, 2019
- 2 In de luchthavenbesluiten of omzettingsregelingen voor de regionale luchthavens moeten deze contouren worden opgenomen.
- 3 CLO, 2018
- 4 Natuur & Milieufederatie Noord-Holland, 2018
- 5 CLO, 2018
- 6 Provincie Zuid-Holland, 2018
- 7 CLO, 2019
- 8 Ministerie van IenW, 2018
- 9 Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, 2019